'Stip aan de horizon voor de golfsport blijft ongewijzigd' |
|
|
|
Nino Stuivenberg,
maandag 7 december 2020 |
|
| 208 sec |
Rechtbank zet onverwacht streep door het gebruiksverbod, maar heeft het ook gevolgen?
Als een donderslag bij heldere hemel zette de rechtbank eind november een streep door het gebruiksverbod op gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw. Concreet betekent dit dat professioneel gebruik van toegelaten gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw volgens de strikte voorschriften van het etiket weer is toegestaan - net nu de golfsport stappen maakte met chemievrij beheer.
|
Het hoger beroep werd aangespannen door Nefyto, de belangenbehartiger van bedrijven die chemische en biologische gewasbeschermingsmiddelen ontwikkelen, en Artemis, de belangenvereniging van producenten en distributeurs van biologische bestrijders, bestuivers en gewasbescherming van natuurlijke oorsprong. De uitspraak die de rechter eind november deed, heeft inhoudelijk niets te maken met de wenselijkheid van het pesticidenverbod. In de zaak oordeelde de rechter dat de wettelijke basis voor het verbod ontbrak. Het gebruiksverbod is daarmee niet meer van kracht. Gewasbeschermingsmiddelen die een toelating hebben bij het Ctgb, zowel chemische als biologische, mogen dus weer op golfbanen worden gebruikt.
Voor de golfsport is 2023 altijd een stip aan de horizon geweest: dan moeten greenkeepers, na een overgangsperiode van drie jaar met beperkte uitzonderingen, volledig chemievrij werken. Of die ambitie door de rechterlijke uitspraak op losse schroeven komt te staan, valt te betwijfelen. De verwachting is dat het ministerie een nieuwe rechtsgrond zal zoeken om het verbod op te baseren, zodat het er - mogelijk met vertraging - opnieuw komt. In Trouw wordt dat bevestigd door Stientje van Veldhoven, de verantwoordelijke staatssecretaris: 'Ik zal het arrest van het gerechtshof nader bestuderen. We willen het gebruik van schadelijke gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw beperken om onze gezondheid en het milieu te beschermen.'
| Jo Ottenheim, Nefyto |
|
|
Principekwestie
Ook Jo Ottenheim van Nefyto verwacht dat het ministerie een nieuwe rechtsgrond zal zoeken, zo zei hij eerder in dit vakblad. 'Dat het verbod is weggeveegd, is een bijeffect. Het was voor ons veel meer een principekwestie. Enerzijds is er door een overheidsorgaan [Ctgb, red.] een toelating afgegeven voor een gewasbeschermingsmiddel, waarbij de effecten zorgvuldig zijn beoordeeld. Anderzijds legt diezelfde overheid daar dan andere spelregels naast, waardoor je wel markttoegang hebt, maar niemand het middel vervolgens mag gebruiken. Dat klopt niet en dát wilden we aan de kaak stellen. Gewasbeschermingsmiddelen worden ook steeds beter. Door het verbod werden die ontwikkeling en die innovatie tenietgedaan. Verder was er ook nog een hele rits uitzonderingen op het verbod: voor invasieve exoten, vliegvelden, de petrochemische industrie, de spoorwegen en militaire terreinen. Hieruit blijkt al dat het teruggrijpen naar gewasbeschermingsmiddelen soms de beste en veiligste oplossing is. Onkruidbranden geeft CO2-uitstoot en risico's op brand. Borstelen geeft fijnstof. Dan is het wat eenzijdig om gewasbeschermingsmiddelen slecht te noemen en mechanische onkruidbestrijding goed.' Ottenheim spreekt hier over onkruidbestrijding op verharding in de openbare ruimte. Op golfbanen kun je dat ook zo invullen: met een minimaal gebruik van groeiregulator zou je minder hoeven te maaien en dat scheelt weer diesel.
Structurele speelkwaliteit
De Golfalliantie, bestaande uit de NGF, NVG en NGA, kwam daags na de uitspraak met haar standpunt over de huidige situatie: 'De Golfalliantie is van mening dat duurzaamheid een onomkeerbare maatschappelijke ontwikkeling is en de stip aan de horizon voor de golfsport blijft dan ook ongewijzigd. De golfsport is in Nederland pionier op het gebied van duurzaam beheer, omdat wij een goede rentmeester willen zijn van de landschappen waarin we sporten en omdat we een veilige omgeving voor golfers en medewerkers willen creëren. Duurzaam beheer leidt bovendien tot 'structurele speelkwaliteit': een goede kwaliteit van de spelonderdelen in elk seizoen van het jaar (meer hierover is te vinden op de informatiepagina's op de website van de NGF). De afbouw van pesticidegebruik is een geleidelijk en zorgvuldig te managen proces, met als doel dat er een nieuw robuust evenwicht ontstaat. Gebruik van bestrijdingsmiddelen als gevolg van de tijdelijke opheffing van het verbod verstoort het afbouwproces.'
| André van der Woude, hoofdgreenkeeper op de Veluwse Golfclub |
|
|
Voet bij stuk
Uiteindelijk zullen alle greenkeepers zelf moeten afwegen wat deze uitspraak betekent voor hun praktijk. Op de Veluwse Golfclub zal er weinig veranderen, vertelt André van der Woude, Greenkeeper of the Year 2019 en hoofdgreenkeeper op de Veluwse. 'Ik sta nog steeds achter het beleid dat ik al jaren voer', zegt hij. 'De uitspraak verandert daar niets aan en ik steun het standpunt van de NGF. Je moet zorgen dat je de basis op orde hebt. Dat doe ik door minder stikstof te strooien en vooral goed te kijken op welk tijdstip, want dat is cruciaal. Je hebt dan geen groeiregulator nodig. Ook ontdek ik steeds meer het belang van sporenelementen. Onze greens hebben een goede grassoortensamenstelling en daar ben ik trots op. Dit jaar hebben we weinig ziektedruk gehad. We hadden wat dollarspot, maar dat konden we wegwerken door op tijd in de kunstmestbehoefte te voorzien. En momenteel hebben we wat plekken fusarium die nog steeds actief zijn, maar dat worden er in elk geval niet meer. Wij zorgen dat de greens schoon en droog blijven, spuiten voor het weekend of de feestdagen met wat dauwcontrole en een klein beetje extra ijzer. Zwakkere plekken worden ziek, maar de goede niet.'
|
'De uitspraak verandert niets aan ons beleid en ik steun het standpunt van de NGF'
| |
|
Van der Woude heeft een spuitlicentie die in februari 2021 afloopt, maar hij heeft besloten om deze toch te verlengen. Hij legt uit: 'Ik wil niet gebruiken, alleen in extreme gevallen, bij hoge uitzondering en mits toegestaan. Daarom heb ik me opgegeven voor de cursus om de licentie toch te kunnen behouden. Ik houd voet bij stuk met mijn beleid van chemievrij. Maar ook ik heb te maken met concurrentie van andere banen en golfers met een mening. Als zij een baan zien die 100 procent chemievrij is, maar zo ziek als een hond, voel ik me beperkt als 9-holesgolfbaan die wil meedraaien in de landelijke top. Dat is echt een heel grote uitzondering. Maar alleen in het uiterste geval, hoor; ik wil die rotzooi eigenlijk niet gebruiken. Uiteindelijk is het allemaal gif, een lapmiddel, en daar wordt het bodemleven niet beter van. De gezondheid van de golfers, het personeel en mijzelf staat voorop. De tees, greens en voorgreens maken we daarom met de hand onkruidvrij, en we zijn aan het kijken of we dat met een groep leden ook op de fairways kunnen doen. Wij doen alles wat mogelijk is om het gebruik van chemie te voorkomen.'
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|