| |||||||||||
Vandaag nog een boost geven aan de biodiversiteit op uw golfbaan? Ga dan aan de slag met de onderstaande tips. Stuk voor stuk dragen ze bij aan het vergroten van de soortenrijkdom op uw golfbaan en op de lange termijn zorgen ze voor een veerkrachtiger ecosysteem. Door gebiedseigen soorten toe te laten, kan beter worden omgegaan met zaken als wateroverlast, droogte of plaagdieren zoals de eikenprocessierups. NLadviseurs geeft tien tips waarmee u biodiversiteit op de golfbaan kunt vergroten.
1. Creëer een bloemrijke rough Voor insecten zoals bijen, vlinders en sprinkhanen is een bloemrijke vegetatie van levensbelang. Voor het creëren van een bloemrijke rough kunt u kortweg de volgende stappen doorlopen: > Kies een locatie waar nooit of heel zelden golfballen terechtkomen, zoals naast en achter tees, achter greens, rond het greenkeepersverblijf of ver buiten de fairways. > Beoordeel de bodem (of laat dit door een deskundige doen). Een vette kleibodem brengt andere soorten met zich mee dan een zanderige schrale bodem. Hiermee moet rekening worden gehouden bij het uitkiezen van de gewenste plekken. Vegetaties op voedselrijke bodems groeien sneller en herbergen meer massa dan die op schrale bodems. > Maai op het juiste moment en waar mogelijk gefaseerd. Laat de natuur zijn gang gaan, kijk wat er bovenkomt en stem het maaibeheer af op de bloeimomenten van de vegetatie. Maaien gebeurt bij voorkeur wanneer de bloemen zijn uitgebloeid, zodat bij het maaien de zaden op de grond vallen en daar blijven liggen. Heeft u last van grassen, dan kan vroegtijdig maaien uitkomst bieden om deze vergrassing tegen te gaan. Voor de beste maaimomenten heeft NLadviseurs schema's ontwikkeld die desgewenst zijn op te vragen. 2. Probeer zoveel mogelijk gefaseerd te werken Naast het maaien kunnen bijna alle beheermaatregelen op de golfbaan gefaseerd worden uitgevoerd. Denk hierbij aan het afzetten van struweel, knotten van wilgen, maaien van riet, baggeren van sloten en poelen en het plaggen of maaien van heide. Wanneer deze beheermaatregelen verspreid in tijd en in ruimte worden uitgevoerd, creëert u mogelijkheden voor het ontwikkelen van verschillende structureren en blijven overwinteringsplekken en schuilgelegenheden voor allerlei insecten en zoogdieren behouden. Als vuistregel kan 10-25 procent van het oppervlak of het aantal bomen/struiken worden aangehouden om over te slaan tijdens de uitvoering. Varieer hierbij, zodat niet steeds dezelfde oppervlakken worden overgeslagen. 3. Laat dood hout staan of liggen De dood van de ene plant of boom betekent het overleven van een andere. Deze kringloop zorgt voor een mooie balans tussen het dieren- en plantenleven. Als de ruimte en de veiligheid in het bosvak het toelaten, kan ervoor gekozen worden om enkele dode bomen te laten staan of liggen. Hierin ontstaan ecosystemen waar vele soorten bij gebaat zijn. Denk aan verschillende soorten insecten (kevers) en (korst)mossen en schimmels. Ook vogels en zoogdieren kunnen in holtes van dode bomen hun nestverblijf maken. Het is een sterke regel in de natuur: dood doet leven!
Ligt uw golfbaan in een waterrijk gebied? Dan is de aanleg van een zwaluw- of ijsvogelwand misschien iets voor uw baan. Een zwaluwwand kan bestaan uit hard materiaal (bijvoorbeeld beton) waarin meerdere gaten worden gemaakt, een echte blikvanger voor uw golfbaan. IJsvogelwanden kunnen aan kleinere waterpartijen geplaatst worden. Deze wanden kunnen ook van natuurlijk materiaal worden gemaakt. Een steile zandhoop waarin de oeverzwaluw of de ijsvogel zelf een gat kan graven, kan ook voldoen. Om verstoring te voorkomen, mag een broedwand niet bereikbaar zijn voor het publiek, ook niet via het water, maar wel voor jaarlijks onderhoudswerk na de winter.
Heeft u veel waterpartijen in de baan? Creëer dan flauw aflopende oevers waar de ruimte dit toelaat. Zo zorgt u voor een aantrekkelijke biotoop voor watervogels, amfibieën en insecten. Tegelijk zullen dergelijke oevers ook rietvogels, kikkers en padden aantrekken, wat het geheel nog rijker maakt. Daarnaast wordt niet alleen de oever breder, maar ook de sloot, waardoor er meer water doorheen kan stromen als dat nodig is. Nu het klimaat verandert en er vaak in korte tijd hevige regenbuien vallen, is dat wel zo handig. 6. Doorbreek natuurlijke barrières Het klinkt wellicht tegenstrijdig, maar een green is voor veel diersoorten een onoverkomelijke barrière. Luchtstromen zijn anders boven kortgemaaide graslanden en er zijn geen schuilmogelijkheden om aan roofdieren te ontkomen. Een aaneengesloten systeem van bospercelen, struweel en roughs kan voor verbindingszones zorgen, zodat dieren zich over de golfbaan kunnen begeven. Hierdoor wordt een populatie vitaler en kan dat ene zeldzame plantje of diertje zich verder in het gebied uitbreiden. Kijk dus nog eens goed hoe de verschillende natuuronderdelen bij u op de golfbaan op elkaar zijn aangesloten en creëer waar mogelijk verbindingen. Vergeet hierbij ook vooral niet de natuurlijke elementen die buiten de baan liggen.
Een insectenhotel is gemakkelijk te realiseren. Gebruik bijvoorbeeld takken die u elders in de baan hebt afgezaagd of ander restmateriaal. Plaats de kast op een beschutte plek in de buurt van bloemrijke vegetatie. Gegarandeerd dat er verschillende insecten zullen inchecken. U kunt ook een natuurlijk insectenhotel creëren door een boomstam met verschillende gatgroottes in te boren, bladerhopen neer te leggen en vooral vegetatie te laten staan in de winter. Naast het creëren van nestgelegenheid voor allerlei insecten is een insectenhotel vooral als educatiemiddel goed in te zetten. Vertel in het clubhuis of bij het insectenhotel zelf, bijvoorbeeld via een infobord, hoe er rekening wordt gehouden met de natuurlijke rijkdom van de golfbaan.
Zandbijen gebruiken als nestplaats vaak open, zandige bodems. Zo kan het voorkomen dat een zandbij zich spontaan vestigt in een bunker. Wanneer u op andere plekken de grond openwerkt, kunnen zandbijen zich hier vestigen. Zo wordt de bij behouden en de biodiversiteit vergroot. Ook zijn deze plekken geschikt voor soorten die zich goed op open bodems kunnen vestigen, vaak opvallende grootbloemige soorten. 9. Plaats een takkenril of broeihoop Hebt u snoeiafval? Maak er dan een takkenril of broeihoop van. Slangen, zoals de ringslang, kiezen graag dergelijke plekjes uit om te overwinteren. Maar ook voor vogels en zoogdieren biedt een takkenril een goede nest-, voedsel- en schuilgelegenheid. De ligging van de takkenril heeft invloed op de bewoners die erop afkomen:
Voor een uitgebalanceerd advies dat gericht is op de ontwikkeling van biodiversiteit voor de toekomst kunt u terecht bij NLadviseurs. Wij komen graag bij u langs om te bespreken wat er mogelijk is bij u op de golfbaan.
Tip de redactie |
|